27 — 31.05.2025

Nicolas Mouzet Tagawa, / Proche Quartier Brussel

La vieille dame et le serpent

theater — premiere

Théâtre National

Aankomst met rolstoel te bevestigen bij reservatie online of via het ticketbureauToegankelijk voor rolstoelgebruikersRingleiding | Frans → NL, EN | ⧖ 1h25 | €21 / €17 | Bevat verwijzingen naar anorexia

De Brusselse regisseur en decorontwerper Nicolas Mouzet Tagawa is gefascineerd door de magie van het theater als machine die andere werkelijkheden schept. Hij is ook actief in de sociale sector, met een focus op het onderzoeken van alternatieven voor de geïnstitutionaliseerde psychiatrie. In La vieille dame et le serpent gebruikt hij de machinerie van het theater om het concept ‘instelling’ te bevragen.

Hoe bewonen we de instelling, en hoe bewoont de instelling ons? Wat gebeurt er precies als we er binnengaan, en wat is er veranderd als we weer buitenkomen? Drie personen delen het podium: Claire Rappin, gepassioneerd door clownerie en met een persoonlijke ervaring in een zorginstelling, Guillaume Papachristou, wiens leven wegens een hersenverlamming lange tijd gereguleerd werd door een institutioneel kader, en Bastien Montes, acteur en de persoonlijke begeleider van Papachristou.

La vieille dame et le serpent is ook een scenisch gedicht waarin het decor het hoofdpersonage wordt. In een dans van theaterdoeken, gemanipuleerd door zichtbare machinisten die het decor bespelen als was het een instrument, wordt het sociale, zorgende weefsel verbeeld. Het resultaat is onmiskenbaar visueel, vormelijk en geëngageerd theater dat sociale en theatrale conventies op de korrel neemt. 

read more

Interview met Nicolas Mouzet Tagawa

In de jaren 2000 werkte je als maatschappelijk werker in Marseille met kinderen met een autismespectrumstoornis. Hierdoor kwam je al doende, via je zoektocht naar alternatieve communicatievormen, tot je eerste performatieve ideeën.

Pas achteraf besefte ik dat de hulpmiddelen die ik had ontwikkeld in mijn werk met kinderen dezelfde waren als de middelen die ik in het theater gebruik. Op een dag, toen het me maar niet lukte om te communiceren met een kind met autisme – we vonden geen woorden om elkaar te begrijpen, er gebeurde gewoon niets – ging ik moe en wanhopig naar de zolder van de school. Daar vond ik een oud raamkozijn dat ik besloot te gebruiken om iets tastbaars toe te voegen aan mijn relatie met het kind. Zonder veel hoop te koesteren, plaatste ik het kozijn tussen ons in. Geleidelijk aan raakten we het eens over de betekenis van de werkwoorden ‘binnenkomen’, ‘buitengaan’ en ‘eromheen cirkelen’. Sindsdien kan het kind naar de speelplaats en het toilet gaan; empirisch gezien heeft die aanpak dus gewerkt.

In de manier waarop je in je creaties de theaterruimte zelf centraal stelt, merk ik een verlangen om te onderzoeken wat we verwachten te zien en hoe we onze blik kunnen loskoppelen. Ik vermoed dat je hiermee op zoek bent naar wat onze verbeelding stuurt en hoe een verhaal gestructureerd wordt?

Al sinds mijn eerste creaties aan het INSAS ben ik geïnteresseerd in auteurs en dichters. Poëzie draait om ervaring, en daarom wil ik toneel maken: om te delen wat mij raakt. Poëzie, en de manier waarop ze uitnodigt om gevaar te trotseren, zorgt ervoor dat ik mij kan losmaken van mijn relatie met woorden, tijd en ruimte.

Le Site, de voorstelling die ik in 2022 maakte, gaf me zin om Brussel op een andere manier te ontdekken. Ik kwam in contact met bepaalde organisaties, zoals L’Autre “lieu”-R.A.P.A, dat een alternatief voor de institutionele psychiatrie biedt. Net zoals dichters laat ik me inspireren door de ervaringen van anderen. In zekere zin schuiven de levenden mee aan tafel. Ik wil voortdurend bijleren in het theater, niet door obsessief informatie op te nemen, maar door te leren uit spanningen en nieuwe relaties. Ik ga op zoek naar bepaalde vormen in de ruimte en gebruik ze ter inspiratie, waardoor ik de veelheid aan standpunten en het proces van onzichtbaar worden ter discussie kan stellen.

In La vieille dame et le serpent maak je gebruik van bepaalde theatertechnieken – in het bijzonder van het theatergordijn – om het begrip ‘instelling’ te bevragen. Je werk wordt gekenmerkt door het vervagen van grenzen en de onlosmakelijke band tussen lichaam, ruimte en esthetiek. Daarin ligt ook zijn kritische kracht.

Mijn vriend en mentor Jean-Pierre Raffaelli, die hoofd was van de afdeling Dramatische Kunst aan het Conservatoire Pierre Barbizet in Marseille, vertelde me over een detail dat hij zich herinnerde toen hij uit zijn coma ontwaakte: elke dag, nadat de verpleegster zijn katheter had vervangen, fluisterde ze ‘zo, dat is weer gebeurd’ terwijl ze zachtjes met haar vinger over zijn arm streelde. Zichtbaar ontroerd zei hij: ‘anderen blijven ons steeds verbazen’. Hij had het gevoel dat de verpleegster zijn leven had gered door dat dagelijkse gebaar dat niet tot het medische protocol behoort.

Tijdens een gesprek met een vriend besefte ik dat die geste een krachtig gebaar van vriendschap is binnen de routine van medische instellingen. Wat me deed stilstaan bij de vraag: welke verbeeldingen dragen instellingen met zich mee? Waarom roepen dergelijke kleine gestes zulke grote emoties en verbazing op? Kort daarna had ik een droom: ik ben met een vriendin in een theater, zwarte gordijnen bakenen de ruimte af. Ik vertel haar over mijn leven en wat me zoal bezighoudt. Ze zegt: “Alles wat je over instellingen en het sociaal weefsel vertelt, doet me denken aan een theaterdoek, en dus aan het oude beeld van het institutionele theater. Ligt de oplossing niet gewoon in de beweging, de emotie en de transformatie?! Kijk maar: de gordijnen dansen!” Ik draai me om, en inderdaad, de gordijnen kleuren oranje en blauw, en dansen op en neer. Mijn vriendin verdwijnt uit beeld.

In La vieille dame et le serpent ontrafel ik de machinerie van het theater in de meest klassieke zin – ik werk met stoffen, gordijnen en hun plooien, maar ook met lichamen, en één centrale vraag: is theater in staat om met kleine vriendschappelijke gebaren het leven weer op gang te brengen?

La vieille dame et le serpent kan, dankzij de beelden en het grote aantal bewegingen van monochrome stoffen, onze visuele en tactiele ruimtelijke ervaring verschuiven – zoals in een dagdroom. Alsof die beelden en bewegingen de belofte van emancipatie belichamen, een emancipatie die tot stand komt wanneer kunst geen aparte realiteit is, maar een levenswijze.

Ik wil inderdaad niet langer ‘rond iets cirkelen’, maar zaken ‘in beweging brengen’. Als ik over de creatie van La vieille dame et le serpent praat, wordt er vaak verwacht dat ik kritiek op instellingen lever. Maar dat is niet wat ik wil doen. De reden waarom ik mijn blik wilde verruimen, is omwille van de vriendschap die ik heb ervaren terwijl ik over instellingen nadacht, vanuit een verantwoordelijkheidsgevoel. De vriendschap tussen Bastien Montes, Guillaume Papachristou en Claire Rappin is een van de belangrijkste thema’s in het stuk. De manier waarop ze elkaar hebben ontmoet en waarop hun levenspaden elkaar kruisen – van de zorginstelling tot de scène – was volstrekt onvoorspelbaar. Dat is precies wat hun lichamen in beweging brengt binnen de institutionele verhalen: het creëert nieuwe mogelijkheden! Ik zie hoe er nieuwe openingen ontstaan in het weefsel dat in beweging is. De vibraties in de ruimte zijn krachtig genoeg om te begrijpen dat de verhalen van Bastien Montes, Guillaume Papachristou en Claire Rappin vergelijkbaar zijn met de mythologieën die zij belichamen.

Is dit dé manier om hetgeen we voelen te belichamen – door middel van performatieve actie, meer nog, door dat existentiële gevoel waarnaar Bastien Montes, Guillaume Papachristou en Claire Rappin in hun gesprek verwijzen?

Zij presenteren op een eenvoudige manier hun soms zeer complexe ervaringen. Hun verhalen zijn niet zomaar ‘gebeurtenissen’ en net daar ligt onze grootste uitdaging: we mogen niet stoppen met schrijven. Hun verhalen eindigen niet, ze krijgen een vervolg in de vragen die ze stellen.

De manier waarop ze vertellen, ontdaan van alle theatraliteit, is even belangrijk als wat ze vertellen. Het is niet de bedoeling om het theater teniet te doen, maar juist om de relaties tussen de acteurs centraal te stellen. Hetzelfde geldt voor de relaties met en tussen de toneelmeesters Britt Roger Sas en David Alonso, die ook zichtbaar zijn, wat opperste concentratie vereist. De kleinste misstap kan ons doen vervallen in een representatie van theater, wat ik niet wil.

Is La vieille dame et le serpent een zoektocht naar een emotionele revolutie? Een vorm van creatief verzet die ons in staat stelt een samenleving te creëren met meer vrijheid voor onze manieren van voelen, waarnemen en verbinden?

Ik weet niet of het de verantwoordelijkheid van het theater is om een revolutie teweeg te brengen. Misschien is dat te ambitieus?! (Lacht)

Als er al een zoektocht is, dan is het wel die naar het behoud van de menselijke waardigheid. En vooral om ons eraan te herinneren dat het mensen zijn die voor verandering zorgen. Die mensen moeten we blijven zien, inclusief zij die in de schaduw staan, zoals Britt Roger Sas en David Alonso in het stuk. We moeten ethische emoties oproepen, emoties die laten zien dat er achter schoonheid, magie, transformatie en ideeën altijd mensen schuilgaan die elkaar helpen.

  • Interview door Sylvia Botella in april 2025.
  • Vertaald door Stephanie Lemmens.
  • Sylvia Botella is dramaturge bij het Théâtre National Wallonie-Bruxelles. Ze is ook critica en docente in de masteropleiding Podiumkunsten van de Université libre de Bruxelles en in de masteropleiding Dramatische Kunst aan het Institut des Arts de Diffusion – IAD.

Presentatie: Kunstenfestivaldesarts, Théâtre National Wallonie-Bruxelles
Concept, regie en scenografie: Nicolas Mouzet Tagawa | Met: Guillaume Papachristou, Claire Rappin, Bastien Montes | Regieassistente: Esther Denis | Medewerking scenografie: Esther Denis, Fred Op De Beeck | Dramaturgie: Bogdan Kikena | Kostuumontwerp en textielonderzoek: Sofie Durnez | Lichtontwerp: Max Adams | Muziekcompositie: Tim Coenen en Claire Rappin | Choreografische praktijk en advies: Natacha Nicora | Technische leiding: David Alonso, Britt Roger Sas | Stagiaire scenografie: Chloé Evrard | Persoonlijk assistent voor Guillaume Papachristou tijdens de repetities: Bastien Montes | Persoonlijk assistent voor Guillaume Papachristou buiten de repetities: Sabrina Benkamela, Julien Rossin, Clément Papachristou, Julien Papachristou en Damien Trapletti | Eerste scenografische experimenten: Florence Dubru, Lucas Hamblenne, Thomas Linthoudt | Spreiding: Florence Bourgeon | Productie en internationale distributie: Leïla Di Gregorio
Productie: Proche Quartier | Uitvoerend producent: Atelier 210 | Coproductie: Kunstenfestivaldesarts, Théâtre National Wallonie-Bruxelles, Potlach, Coop, Shelter Prod
Residenties: La Bellone, Paco, kunstencentrum BUDA, Théâtre National Wallonie-Bruxelles, Les Bancs Publics / Friche la Belle de Mai
Met de steun van de Fédération Wallonie-Bruxelles en ‘Un Futur pour la Culture’ 2023, taxshelter.be, ING en de Tax Shelter van de Belgische Federale Overheid, WBI en WBTD | Met de steun van La chaufferie acte 1 (in het kader van het project Artiste 360°, gefinancierd door de Europese Unie), Soutien solidaire : Persona | Dank aan Koninklijke Schouwburg de Munt en Théâtre de Namur
Voorstellingen in Brussel met de steun van de Ambassade van Frankrijk in België en het Institut français Paris als deel van IF Incontournable

Bijzondere dank aan: Olivier Croufer, Thomas Ferdin, Julien Geoffroy, Caspar Langhoff, Thérèse et Jean-Claude Rappin, Anne-Marie Tagawa, Jean-Louis Mouzet, Chris Van Goethem

La vieille dame et le serpent is opgedragen aan Jean-Pierre Raffaelli

website by lvh