19 — 23.05.2025

Adeline Rosenstein Brussel

Transformations Opéra Radio

theater — premiere

La Bodega

Toegankelijk voor rolstoelgebruikers | Frans → NL, EN | ⧖ 1h30 | €16 / €13 | Bevat verwijzingen naar seksueel geweld | Beperkte capaciteit

Er zijn dingen die we alleen zien met ons perifeer zicht; stemmen die we enkel opvangen wanneer ons luisteren afdwaalt. Transformations Opéra Radio van Adeline Rosenstein speelt zich af in deze stille tussenruimtes. Het publiek wordt uitgenodigd in een akoestisch salon voor een intieme, fictieve bijeenkomst die doet denken aan een opnamestudio en aan de tijdelijke plekken waar revolutionaire verzuchtingen gedeeld worden.

Deze radioperformance, een kruising tussen opera en podcast, brengt de getuigenissen samen van vrouwen die deelnamen aan revolutionaire bewegingen en zo de geschiedenis van hun land mee bepaalden, zonder dat ze daarvoor herinnerd worden (Guinee-Bissau en Kaapverdië 1974-75, Palestina 1987, Mexico 1994, Tunesië 2011). Hun opgenomen of vertaalde getuigenissen worden aangevuld met gereconstrueerde geluidsdocumenten, tussenkomsten van onderzoeksters en muziekfragmenten, en leggen samen de patriarchale dynamieken in de marges van de anti-imperialistische strijd bloot.

De eenzaamheid wordt doorbroken en een vorm van zusterschap komt in de plaats. Het resultaat is een documentatie van intieme en politieke transformaties, weg van het dominante discours, tegen de zwijgcultuur. 

read more

Een verblijf met klankgeesten, woorden van degenen die niet over zichzelf willen spreken, maar wel over een afwezi- ge die beter was dan hen, of over vriendinnen zonder naam of met namen van strijdsters, die geen geschreven sporen van zichzelf achterlaten en soms over anderen schrijven. Zij die tijdens revoluties geheimen bewaarden, voorraden, de moraal, de gewonden, de archieven, de olijfbomen en het volksonderwijs in leven hielden. Zij die hulp aan slachtof- fers boden, de gevangenen ondersteunden, zij die lichamen voorbereiden of herstellen, zich verplaatsen zonder iets prijs te geven, bijna zonder te ademen, die baren en wel al dan niet afstand van hun kinderen nemen voor de strijd, en die daarna uitgesloten worden van de bewegingen en de his- torische omwentelingen die ze zelf in gang hebben gezet, opgebouwd, en in leven gehouden. 

Dat is wat ze met elkaar gemeen hebben. Verder beho- ren ze tot drie generaties en vier heel verschillende revoluties. 

Het is moeilijk voor te stellen wat de geschiedenis aan vrouwen* en tienermeisjes te danken heeft, omdat de revolutie hen vaak heeft uitgebuit en hun verzet, hun eigen manier van oorlog voeren, haaks staat op het ideaalbeeld van de soldaat die trots de bereidheid toont om offers te brengen. Door mannen gedomineerde verzetsbewegingen infiltreren en de spelregels veranderen; kameraden lief- hebben en hen opvoeden. “Het gaat niet enkel om je leven geven, niet enkel om je hart schenken –er is dat liedje: ‘Wie zei dat alles verloren is? Ik ben gekomen om mijn hart te schenken’ –het gaat niet enkel om je hart, noch om je dood, maar om je dagelijks leven schenken, dat is het moeilijkste,” vertrouwde Maya, oud-strijdster bij het Mexicaanse FLN, ons toe. 

Reflecties op werk 

Na rond het perspectief van meer of minder embedded 1 Europese kunstenaars in Palestina te hebben gewerkt, viel het me op dat er niet alleen propagandadiscoursen te ontmantelen vielen, maar ook mechanismen van actieve doofheid te ontwrichten: strategieën die sommige men - sen inzetten om niet te moeten luisteren. In de voorstelling Laboratoire Poison heb ik geprobeerd om de-actie-van-het- niet-horen tot een fysieke handeling te maken, een gebaar dat allesbehalve “schoon” is, zoals vuil dat onder het tapijt wordt geveegd. Ik wilde het als iets fysieks tonen, als een slag die iemand raakt; door de geloofwaardigheid te onder - graven, door redenen tot ongerustheid weg te relativeren, of door te verwijzen naar administratieve doolhoven, juridi - sche risico’s of naar fake klachtenbureaus die enkel dienen om de klager of klaagster gerust te stellen. 

Is documentair theater zo’n doodlopende straat waar de kreten van de wereld tegen de muur knallen en verdwijnen? Hoe kunnen we collectief verbonden blijven, voorbij de theatermuren, met die onmogelijke rust, rust, rust? Wees gewapend, val sneller aan dan de terugtrekking in te gaan, het was zo’n energie. 

En toen ontmoetten we revolutionaire vrouwen*: eerst spraken we met voormalige strijdsters uit de bevrij - dingsstrijd van Guinee-Bissau en Kaapverdië, daarna met strijdsters uit Palestina, met zapatistenvrouwen* uit de jaren voor de opstand in Chiapas, en tenslotte Tunesische vrouwen* die één of meerdere opstanden in Tunis hebben meegemaakt. Uit die ontmoetingen kwam een verlangen naar tegen-schrijven voort, zoals je iemand die je bewon - dert zachtjes tegenspreekt. Schrijven voor hen, maar tegen onszelf, en tegelijkertijd de officiële politieke veranderingen en intieme levens zachtjes in vraag stellen. Drie zaken moesten radicaal veranderen: 

– Ik had de gewoonte wantrouwig te staan tegenover voorstellingen die enkel gebaseerd zijn op getuigenissen of persoonlijke verhalen vol heldendaden en leed die rijk aan emotie, maar arm aan historische context of betekenis zijn. 

– Ik had de gewoonte wantrouwig te zijn tegenover voorstellingen die gemaakt worden om een gemeenschap of vertegenwoordigers van een strijd te behagen. Ik beschouwde mijn publiek als grotendeels onbeslist, misschien zelfs verbonden met mijn politieke tegenstanders, mensen aan wie ik op z’n minst een paar steken moest uitdelen. 

– Ik had de gewoonte om het stilzwijgen over interne conflicten binnen verzetsbewegingen en over de loyaliteitsconflicten die vrouwen de mond snoeren, te beschouwen als een teken van onderwerping –als een weigering om lessen uit de geschiedenis te trek- ken en door te geven. 

In een dekoloniale context getuigen al deze opmerkingen van de witheid en mannelijkheid van mijn opleidingsachter- grond. Mondelinge geschiedschrijving en het antiracistisch, intersectioneel feminisme die de kern van het werk vormen, de niet-witte perspectieven van de teamleden, zonder wie ik dit werk niet meer kan of wil maken, hebben de kaarten herschud. 

Uiteindelijk had ik minstens vijf jaar nodig om een voor- stelling te schrijven die langer dan vier uur kan duren. Daar heb ik noch het geduld, noch de ambitie nog voor, omdat er op dit moment een genocide in Palestina plaatsvindt. Transformations Opéra Radio getuigt van een tegenstrij- dige drang om een zachte plek te creëren in een gemoeds- toestand die scherper is dan een mes; om snel te gaan en alles heel zachtjes aan te pakken: 

– de verhalen onder het mom van theater uit de vuil- niszakken halen om verlengstukken buiten de muren mogelijk te maken (radio, zang); 

– deze vrouwen* in een collectieve, intieme en comfor- tabele luisteromgeving ontvangen die overeenstemt met de concrete feministische utopieën die zij hebben verdedigd; 

– woorden uit liederen citeren of chronologische mijl- palen bezingen, gearrangeerd door Iris Therasse en ontleend aan de gesprekken met de militantes; 

– geluidsdocumenten kunstmatig reconstrueren, met hun opvallende details en de wazigheid van herinneringen. Geluidsdocumenten die David Stampfli heeft gecomponeerd en geïnspireerd zijn op beschrijvingen en zogenaamde originele bronnen, zoals het gedicht Things You May Find Hidden in My Ear van de Palestijnse dichter Mosab Abu Toha. 

Dank aan het hele team voor hun geduld en hun immense scheppende kracht. 

Adeline Rosenstein, april 2025 

Vertaald door neneh noï

Presentatie: Kunstenfestivaldesarts, Les Halles de Schaerbeek, La Bodega
Concept, regie, performance: Adeline Rosenstein | Tekst, onderzoek en performance: Marie Devroux | Performance en zang: Aminata Abdoulaye Hama | Geluids- en muziekontwerp, onderzoek, performance en harp: Hanna El Fakir | Geluids- en muziekcompositie, onderzoek en performance: David Stampfli | Muziekcompositie, muzikaal onderzoek en performance: Iris Therasse | Scenografie, performance en zang: Yvonne Harder | Scenografie: Lük Stucki | Lichtontwerp: Arié van Égmond | Technische leiding en toneelmeester: Charlotte Müller | Productiemanagement: Maison Ravage - Edgar Martin, bijgestaan door Elisa Guerch | Stagiaire regie: Éléonore Barrault | Stagiaire toneelmeester: Myra Eschauzier | Decorbouw: Ateliers de La Comédie de Saint-Etienne | Residentie- en performanceruimtes: La Bodega en Habemus Papam | Ontwikkeling en distributie: Habemus Papam
Productie: Maison Ravage | Coproductie: Kunstenfestivaldesarts, Les Halles de Schaerbeek, La Comédie de Saint-Etienne – CDN, Maison de la Culture de Seine-Saint-Denis, L’Art Rue – Festival Dream City, Centre Dramatique National Orléans / Centre-Val-de-Loire
Met de steun van de Fédération Wallonie-Bruxelles, Wallonie-Bruxelles International en de Nationale Loterij

website by lvh