29.05 — 01.06.2024

Marlene Monteiro Freitas, Israel Galván Lissabon-Sevilla

RI TE

dans

Zinnema

Aankomst met rolstoel te bevestigen bij reservatie online of via het ticketbureauToegankelijk voor rolstoelgebruikers | ⧖ ±1h10min | €25 / €18 | re-creatie

De ontmoeting tussen Marlene Monteiro Freitas en Israel Galván stond in de sterren geschreven, alsof er een onzichtbare draad loopt tussen de Kaapverdische choreografe en de danser uit Sevilla. Monteiro Freitas, geliefd bij het festivalpubliek voor haar choreografische stijl waarin ze extreme precisie en vrijheid, mechanische bewegingen en expressionisme combineert. Galván, één van ‘s werelds bekendste flamencodansers, wiens kenmerkende snelle voetenwerk afgewisseld wordt met stilte en rust. Ze wilden al langer hun schijnbaar ver uit elkaar liggende werelden samenbrengen, vanuit een gedeelde passie voor ritme en hun vermogen om spanning te verbinden met vurige expressiviteit. Oog in oog staan ze met elkaar op scène, een wand achter hen, onontkoombaar blootgesteld aan het publiek. De communicatie is direct; via choreografische stappen, bruuske bewegingen en plotse onderbrekingen gaan ze in interactie als twee wezens die elkaar voor het eerst ontmoeten. Uitdagen en verleiden springen haasje-over, het doet denken aan een stierengevecht. Dagelijkse improvisaties houden de dialoog fris. Dit adembenemende duet tussen twee onevenaarbare artiesten is een moment van puur genot en humor, een geanimeerd gesprek met niets anders dan lichaamstaal.

read more

Les jumeaux dissemblables

RI TE door Marlene Monteiro Freitas & Israel Galván

Er is een ritueel, maar het is opgesplitst. Er is spektakel, maar het is slechts een intermezzo. Tussen wat? Tussen iets wat we niet zien, iets wat elders gebeurt, off-stage, een andere voorstelling die de voorstelling onderbreekt, een koorts die zakt voordat ze weer oplaait, behalve dat dit de dag van de twee protagonisten is, toevallig samengebracht op scène. Het decor is minimaal: een houten vloer voor een muur die geflankeerd wordt door twee smalle wanden en een neonlicht dat flikkert boven twee lege stoelen, twee attributen van de flamencodans, vormen zowel een podium als een kabinet – een doos die we openen zolang de performance duurt en die we denkbeeldig weer sluiten voor de twee duiveltjes wanneer de performance eindigt. De rest van het podium ligt in de schaduw. Wie gezien wil worden, moet in het neonlicht staan, de ruimte innemen en de ander ontmoeten.

RI TE is dus het verhaal van een ontmoeting, die van Marlene Monteiro Freitas en Israel Galván, die van flamenco novo van de Spaanse meester en van de onvoorspelbare, metamorfosische dans van de Kaapverdische choreograaf. Er is ontmoeting omdat iedereen komt zoals die is, met hun kennis van zaken, zonder een gemeenschappelijke basis die op voorhand werd vastgelegd, zonder een onwerkelijke synthese van stijlen die plaatsvindt. De twee lettergrepen van het woord blijven gescheiden.

En toch lijken de twee personages, die op en neer over het podium dwalen terwijl het publiek zich installeert, elkaar te spiegelen. Hun bewegingen zijn bijna hetzelfde, ze hebben dezelfde stijve uitstraling en ze dragen outfits die op doordachte wijze van elkaar verschillen (het verschil zit hem in het detail). Een tweeling die hun onderlinge verschillen koestert, maar het niet kan laten om elkaar te imiteren. Het kerstliedje (Stille Nacht) galmt zachtjes en benadrukt de zoete ongehoordheid van de scène. Tracht het ritueel deze twee lichamen met elkaar te verzoenen? Hun verschillen op te heffen? Of hun eigenaardigheden aan elkaar te smeden? De twee lettergrepen van het titelwoord blijven gescheiden.

Deze performance, die er eigenlijk geen is, vertelt een tweeledig verhaal: dat van twee lichamen die, ondanks hun verschillen, samen proberen (en leren) te dansen, en dat van tweelingen die hun overeenkomsten niet willen accepteren. Vandaar deze tegengestelde bewegingen, die steeds samenkomen: we tonen/verbergen onszelf, we naderen/nemen afstand, we trekken aan/stoten af. De scène waarmee de performance opent, zet een hele reeks van bewegingen in gang. Eerst verstoppen ze zich (wat neerkomt op verdwijnen). Als ze naar voren komen, is het om zichzelf te tonen – een danspasje, een knipoog, een dedain gebaar – om zich meteen in de schaduw weer terug te trekken. Dan, uiteindelijk, staan ze tegenover elkaar. Ieder aan een kant van het podium kauwen ze hoogmoedig op een kauwgom met hun kin hoog en hun borst vooruit. Ze nemen positie in, zetten een voet op de houten vloer om die vervolgens weer terug te trekken, gooien brutaal met llamadas. Ze tarten elkaars blik, maar tegelijkertijd beheersen ze zichzelf. Nauwelijks na het starten stopt een beweging alweer. Het effect is burlesk, zoals elke beweging die abrupt stopt en het lichaam verrast. Tot het uiterste gedreven, verandert deze hele operatie hen in automaten die om de haverklap hun mechanisme moeten opwinden.

Eén moment is in dit opzicht bijzonder. Na de scéne keerden ze terug naar de kabinet-doos, gingen ze zitten en dansten ze samen, elk op hun eigen stoel, terwijl ze in onvolmaakte synchroniciteit met hun voeten stampten en in hun handen klapten en vervolgens het ritueel uitvoerden. Het ritueel kan van voorstelling tot voorstelling veranderen, maar het bestaat altijd uit dezelfde twee elementen: ‘Olé’ zeggen, het uit je keel krijgen, want dat is wat het lichaam verstikt, blokkeert, verhindert om te handelen; en een gebaar beantwoorden met een tegengesteld gebaar, bijvoorbeeld liefde (van de een) met afkeer (van de ander). Hier is niets psychologisch aan, het is slechts een kwestie van lichamelijkheid en affect.

Dan komt het moment na het ritueel. Zij pakt hem vast en hij begint te dansen als Petroesjka in het ballet van Stravinsky. Marlene Monteiro Freitas neemt Israel Galván vast, behalve dat ze niet langer Marlene en Israel zijn, maar twee marionetten die met onzichtbare touwtjes aan elkaar verbonden zijn. Zij zou de poppenspeler zijn als ze niet zelf een poppen-automaat was die al haar bewegingen mechanisch uitvoert. Een marionet die de touwtjes van een andere marionet naar één kant trekt, een gebaar van liefde dat een gebaar van afkeer opwekt bij de ander. Met andere woorden, de twee principes van dit performance-intermezzo: het mechanische lichaam en de tegenstrijdigheid van bewegingen. Dat verklaart waarom er, tot op het einde, veel gelachen wordt.

De terugkerende ‘Olé’ van Marlene Monteiro Freitas herinnert ons er terecht aan dat het hier gaat om flamencodans. Tot je er onnozel van wordt. Niet zozeer de dans als wel het volhardend exploiteren van het gecodificeerde lexicon, de stijl en haar kenmerken, de gebaren, de blikken, de houdingen, het decor, alles wat op kunst duidt zonder kunst te zijn, flamenco zonder de duende, flamenco in stukjes, de flamenco-gekte. De enige zapateado die we te zien krijgen, wordt uitgevoerd met rubberen laarzen en stopt halverwege. Israel Galván is een van de grootmeesters van deze gedistantieerde bewegingen, die iets ontdoet om het opnieuw te doen. Met Marlene Monteiro Freitas krijgt het spel een andere dimensie. Flamenco is niet langer een dans, maar het wordt een afwijkende beweging die zich meester maakt van lichamen, ze in marionetten verandert, hun gebaren in de war stuurt en van de een naar de ander overgaat als een plotselinge koorts of een hevige wind. Het is die ‘Olé’ die in de keel blijft steken, of dat gehavende gebaar van liefde dat beantwoord wordt met een iets te opzichtig gebaar van afkeer. Als er zoiets als Duende is, kan het alleen maar bestaan door in te breken buiten onze wil om, en minder door een te veel aan kunst dan door de afwezigheid ervan. Duende, het is de gratie die de dwaas ten deel valt wanneer hij of zij zich openstelt en laat meeslepen door een beweging van buitenaf.

  • Bastien Gallet, April 2024

Bastien Gallet is schrijver, docent en redacteur. Hij schrijft fictie, essays, operalibretto’s en filmscripts. Hij doceert filosofie, is directeur van uitgeverij MF en recensent voor het online tijdschrift AOC. Hij maakt deel uit van de Bloco do Carnaval Panamérica Transatlântica en het Pirate Ecology Laboratory.

Presentatie: Kunstenfestivaldesarts, Zinnema
Concept en performance: Marlene Monteiro Freitas & Israel Galván
Coproductie: Théâtre de la Ville, Festival d’Automne à Paris
Performances in Brussel met de steun van de Spaanse Ambassade in België

website by lvh