03.05, 10.05, 17.05, 24.05.2014
Christophe Meierhans Brussel
Some use for your broken clay pots
performance
Engels, Frans | ⧖ ±1h30 | 3/05, 19:00 EN (no translation) | 10/05 – 19:00 FR (no translation) | 17/05 – 19:00 FR (no translation) | 24/05 – 19:00 EN (no translation)
De artistieke duizendpoot Christophe Meierhans presenteert een merkwaardig stukje politieke science fiction. Ver weg van het electorale gewoel werkt hij aan een ambitieus democratisch experiment: een nieuwe grondwet. Meer dan een utopische denkoefening is het een ernstig onderzoek, een theoretisch maar bevlogen experiment tussen hoop en ontgoocheling. In het oude Athene krasten burgers de naam van een politicus in een potscherf om hem te verbannen en zo de democratie te ontdoen van machtsmisbruik of corruptie. Zo tracht ook Christophe Meierhans het principe van positieve diskwalificatie en nog veel meer ideeën te verwerken in een fundamenteel ander politiek stelsel. Op het festival grijpt hij de kans om zijn grondwetexperiment te toetsen aan de kiescampagnes en politieke denkbeelden anno 2014. In een performance licht hij elke zaterdagavond het publiek in het festivalcentrum in over zijn ambitieus project. Op de laatste festivaldag, aan de vooravond van de verkiezingen in België, kaatst hij zijn theorieën terug naar enkele politieke denkers. Laat ook jouw stem horen!
Challenging realities – Tussen verlangen en ontgoocheling
Bart Capelle over Some use for your broken clay pots van Christophe Meierhans
Een nieuwe grondwet voor democratische systemen – dat is het opmerkelijke uitgangspunt van Some use for your broken clay pots, een tripartiet project van Christophe Meierhans. De wettekst die alle instellingen, organen, wetten en procedures die nodig zijn voor de oprichting van een realistisch en functioneel democratisch regime voorschrijft is beschikbaar als boek, dient als basis voor een performance en zal ook het uitgangspunt zijn voor een korte film. Voor de ontwikkeling van deze grondwet werd Meierhans geadviseerd door een team van deskundigen. In het volgende interview delen politicologen Anne- Emmanuelle Bourgaux (ULB), Jean-Benoît Pilet (ULB) en Dave Sinardet (VUB) een aantal van hun ervaringen bij het werken aan deze prometheaanse creatie.
Wat is jullie expertisegebied?
Jean-Benoît Mijn specialisatie is kiesstelsels – de manier waarop ze georganiseerd zijn en de regels die hen in westerse democratieën bepalen.
Dave Ik werk meestal op federalisme en nationalisme, maar ook op politieke communicatie.
Anne-Emmanuelle Mijn onderzoek is gericht op de democratie in België. Als advocaat heb ik ook ervaring met het schrijven van juridische en constitutionele teksten. Dus werd ik gevraagd voor het schrijven van deze nieuwe grondwet.
Wat trok jullie aan in het idee van het creëren van een fictieve grondwet?
J-B Ik denk dat dit project een interessante intellectuele oefening is, zowel voor ons als voor het publiek.
D Het laat je op een andere, meer open manier kijken naar ons huidige systeem. Het nodigt uit om kritisch na te denken over de voor- en nadelen, over het potentieel of de onmogelijkheid van alternatieven. Het zal mensen misschien niet helemaal overtuigen, maar het kan hen openstellen voor andere vormen van democratische vernieuwing.
A-E Wanneer ik vertel over deze grondwet, maakt binnen de twee minuten iedereen ruzie. Het idee van een nieuw regime heeft een subversieve kracht; het veroorzaakt verbazende reacties. De huidige relatie die mensen hebben met politiek is er een van verlangen en teleurstelling, wat eerder triest is. Studies tonen aan dat er een groeiend wantrouwen bestaat tegenover het hedendaagse politieke systeem – van politici en instellingen – met name onder jongeren. In België heeft dit ongeloof momenteel een hoogtepunt bereikt. Er is ook een grote interesse in de politiek, maar niet in zijn traditionele vorm. Mensen zijn beter geworden in het voeren van gesprekken en ook hun kritisch denken is sterk toegenomen, maar de debatten, verkiezingscampagnes en krantenartikels interesseren hen niet langer. Een project als dit zou de politiek weer dichter bij de mensen kunnen brengen, waar ze uiteindelijk ook moet zijn.
Het opstellen van een grondwet vanuit het niets lijkt een titanische taak. Hoe zijn jullie te werk gegaan om dit beest te temmen?
J-B Ik zou zeggen dat Christophe degene is die de puzzel heeft opgelost. Tijdens een reeks bijeenkomsten bespraken we ideeën met hem over specifieke elementen van het systeem. Vervolgens koppelde Christophe die aan elkaar. Het is voor mij nog steeds een beetje een raadsel hoe hij dit heeft gedaan.
D Ik ben het daarmee eens. Wij gaven alleen maar wat input en kritische reflectie op basis van voorstellen en ideeën die hij ons had voorgelegd.
A-E Ik was op een andere manier betrokken. Advocaten maken goede soldaten: we zijn goed getraind in het uitvoeren van orders. Christophe liet me weten wat zijn ideeën waren en ik heb geprobeerd ze in een wettekst te gieten die consistent en overtuigend was. Dat betekent niet dat we geen discussies over de inhoud hebben gehad. Je kunt inhoud en vorm nooit echt scheiden. Het moment van het schrijven is ook het moment waarop ideeën worden gefinaliseerd, hoewel er tijdens dat proces toch nog nieuwe vragen kunnen rijzen. Ik denk dat we niet per se datgene hebben gekozen waarvan we dachten dat het het ‘beste’ was, maar wel het meest coherente als geheel en het meest verrassende – datgene dat verder ging dan onze veronderstellingen.
Is de ervaring van het maken van iets fictiefs anders dan een academische benadering?
D Bij academisch werk ga je over het algemeen de huidige politieke realiteit beschrijven en analyseren. Hier wil je een totaal nieuwe werkelijkheid ontwikkelen. Ik denk echter dat dit laatste ook deel uitmaakt van de maatschappelijke rol van de academicus: onze kennis gebruiken als een basis van waaruit verbeteringen kunnen bedacht worden en mogelijke oplossingen voorgesteld.
J-B Hoewel het heel anders was dan mijn dagelijkse werk op de universiteit, was het vrij gemakkelijk om verbindingen te maken. Veel van ons academisch werk is gebaseerd op de vergelijking van westerse democratieën met andere politieke systemen in de wereld. Die aanknopingspunten waren ook zeer behulpzaam bij de gesprekken met Christophe.
A-E Er zit een interessante dubbelzinnigheid in het feit dat een fictief systeem, een kunstwerk, kan aanzetten tot een debat over het huidige systeem, dat echt is. Voor mij was het ook een paradoxale ervaring om een grondwet, een juridische tekst, te schrijven die niet echt is.
Zijn er bepaalde voordelen of uitdagingen bij het werken aan een fictief gegeven in plaats van aan een echt?
D Het laat toe om de werkelijkheid buiten beschouwing laten, om te denken op een meer creatieve manier en om dingen op een meer fundamentele manier in vraag te stellen.
J-B Alles is open. Je kan ideeën voorstellen zonder rekening te moeten houden of ze voldoende steun zouden krijgen van politieke actoren. En omdat je weet dat het de bedoeling is om het denken te provoceren, kun je veel verder gaan dan in de werkelijkheid.
D Ik denk dat een van de risico’s erin bestaat dat je niet tot een stabiel resultaat komt. Omdat creativiteit niet veel grenzen of beperkingen kent, kun je tot in het oneindige nieuwe ideeën blijven ontwikkelen.
A-E Met een schone lei, een tabula rasa beginnen, is een uniek gegeven voor een constitutionalist. Het is een ongelooflijke kans en misschien wel een gevaarlijke. Wanneer je advocaten laat creëren vanuit het niets, denken ze dat ze de meesters van de wereld zijn. En dat denken ze nu al al te vaak. Maar vanuit intellectueel oogpunt, is het fantastisch. Op vormelijk vlak streefden we ernaar om deze grondwet zo veel mogelijk op een echte te laten lijken. Het aantal creatieve keuzes die men kan maken lijkt eindeloos. Aanvankelijk dacht ik dat het leuk zou kunnen zijn om de grondwet in verschillende kleuren te schrijven, want juridische teksten zijn meestal zwart op wit. Maar uiteindelijk hebben we besloten dat we echt de formele, ietwat saaie kant van het recht moesten benadrukken.
Zijn jullie tevreden met het resultaat van de samenwerking?
A-E Als je mij vraagt of dit systeem zou kunnen werken, denk ik niet dat ik zou kunnen antwoorden. Na een tijdje ga je echt houden van datgene waar je mee bezig bent, of je nu een kunstenaar, een jurist of een politicus bent. Het is een uitdaging om je niet helemaal te identificeren met wat je doet.
J-B Ik ben tevreden omdat de grondwet tot nadenken stemt en vernieuwend is. Dat was Christophes belangrijkste doelstelling, geloof ik. Het is niet helemaal onwerkelijk en kan tot op zekere hoogte worden verdedigd. Net als Dave denk ik dat het voorgestelde systeem bepaalde negatieve gevolgen zou kunnen hebben, maar niet meer dan eender welk ander systeem.
D Deze nieuwe grondwet gaat ook uit van het idee dat de burgers zo veel mogelijk, zelfs dagdagelijks, betrokken moeten worden met de politiek en de democratie. Ik denk dat dit een heel nobel en nuttig idee is. Uiteindelijk is het een project over politieke participatie en de moeilijkheden dat dit met zich meebrengt.
Als het systeem dat jullie samen hebben gecreëerd daadwerkelijk zou worden uitgevoerd, wat voor soort maatschappij zou dit dan worden?
A-E Ik geloof niet dat een grondwet een samenleving maakt; het is de samenleving die de grondwet maakt. Dus als deze grondwet echt zou zijn, met welk soort maatschappij zou die dan overeenstemmen? Dat is een rock ‘n’ roll vraag. Ik weet niet met welk soort burgerschap ze zou overeenstemmen. Ik denk dat Some use for your broken clay pots de grenzen verlegt van bepaalde aspecten en tendensen die we in de huidige maatschappij kunnen waarnemen. Wat mij opvalt bij de grondwet van Christophe is dat een politieke daad een zeer solitaire daad wordt. Ik denk dat het de eenzaamheid van het burgerschap van de individuele burger benadrukt. Een ander opvallend aspect is het grootschalige gebruik van nieuwe technologieën in de uitoefening van het individuele burgerschap. Het internet zal een habitat worden waarin democratische ideeën kunnen worden gecreëerd, gevoed en afgeschaft. Utopische kunstwerken zetten alleen aan tot discussie als ze revolutionair zijn, en toch geworteld in de realiteit. Als een utopie te radicaal is en te ver verwijderd van wat je kent, raakt ze je niet. Er moet een goed evenwicht zijn tussen subversie en realisme.
D Dat heb ik altijd interessant gevonden aan Utopia van Thomas More: hij stelt het sociale systeem van zijn tijd volkomen in vraag om zijn lezers aan te moedigen verder te kijken dan de normen en waarden van het systeem dat ze kennen. Some use for your broken clay pots mag misschien niet iedereen volledig overtuigen van het politieke systeem dat wordt voorgesteld, maar het kan mensen meer open stellen voor andere vormen van democratische vernieuwing. In die zin raakt dit project aan een van de rollen die ik academici toeschrijf: de hedendaagse samenleving moet niet alleen onderzocht, geanalyseerd en beschreven worden, maar er moet ook nagedacht worden over, en gepleit worden voor, verbeteringen.
Door & met
Christophe Meierhans
Dramaturgie
Bart Capelle
Advies
Rudi Laermans
Raadgevers/grondwetspecialisten
Anne-Emmanuelle Bourgaux, Rudi Laermans, Jean-Benoît Pilet, Dave Sinardet
Grondwetjurist
Anne-Emmanuelle Bourgaux
Scenografie
Sofie Durnez
Grafisch concept & vormgeving
The Theatre of Operations
Illustraties
Nuno Pinta Da Cruz
Uitgeverij
MER. Paper Kunsthalle
Videodocumentatie & techniek
Luca Mattei
Met dank aan
Adva Zakai, Anna Rispoli, Ant Hampton, Berno Odo Polzer, Bruno de Wachter, Christoph Ragg, David Helbich, Dries Douibi, Elisa Demarré, François-Xavier Lefebre, Freek Pieters, Goedele Nuyttens, Goran Petrovic, Guy Gypens, Heike Langsdorf, Helga Baert, Jessa Wildemeersch, Jorre Vandenbussche, Katja Dreyer, Kunst / Werk, Lars Kwakkenbos, Laurent De Sutter, Manuela Deschamp Otamendi, Manuel Van Rahden, Matthieu Goeury, Michael Schmid, Miriam Hempel, Miriam Rohde, Nigel Barett, Peter Fol, Philippe Chatelain, Vincent P. Alexis, e.a.
Presentatie
Kunstenfestivaldesarts
Productie
Mokum (Brussel)
Coproductie
Kunstenfestivaldesarts, Kaaitheater (Brussel), Kunstencentrum Vooruit (Gent), workspacebrussels, BIT Teatergarasjen (Bergen), Teatro Maria Matos (Lissabon)
Met de steun van
Vlaamse Gemeenschapscommissie, Vlaamse Overheid