20 — 23.05.2010
De in Brussel wonende Franse choreograaf Etienne Guilloteau werkt aan een oeuvre dat zich concentreert op de relatie tussen dans, muziek en licht. Met Tres Scripturae , een creatie voor drie dansers, een muzikant en een technicus, laat hij deze afzonderlijke schrifturen met elkaar in dialoog gaan. In de tekst Les Trois Écritures , gewijd aan Bunraku, argumenteert semioticus Roland Barthes dat deze vorm van Japans marionettentheater – door telkens een eigen schriftuur te voorzien zowel voor de poppen als voor de poppenspelers en de verteller – zich afzet tegen de dualistische metafysica van het Westerse theater. Guilloteau wijst het speelvlak toe aan lichtontwerper Hans Meijer, die zichtbaar het licht en de ruimte manipuleert, en aan pianist Alain Franco, die composities uitvoert die het repertoire van de 20ste eeuw overspannen. Door de elementen waaruit de voorstelling is opgebouwd, bloot te leggen, lokt Tres Scripturae een actieve betrokkenheid bij de toeschouwer uit. Met Tres Scripturae creëert Etienne Guilloteau een vrije ruimte tussen illusie en deconstructie, intelligentie en abstractie, waarin elke kijker zijn gevoeligheid en verbeelding kan laten werken. Een ontdekking!
Tres Scripturae
Tres Scripturae betekent ‘drie schrifturen’. Een verwijzing naar de drie schrifturen die in de voorstelling aan bod komen: de choreografische schriftuur, de muzikale schriftuur en de scenografische schriftuur (decor en licht).
We vertrekken van eenvoudige elementen die we ontdubbelen, vermenigvuldigen en ontleden, in één grote beweging die neigt naar de barok. Een deel van wat deze elementen verbergen – een deel dat nóg niet, of niet altijd zichtbaar is – willen we ontdekken en laten doorschemeren.
Dans
Het bewegingsmateriaal is gecreëerd in samenwerking met Claire Croizé en Claire Godsmark. De dans is een van de bouwstenen van het theater maar tegelijk onderscheidt ze zich ervan en bezit ze eigen codes die de presentatieplek of theaterruimte overstijgen. We zijn vertrokken van eenvoudige, zo goed als bewegingsloze lichaamsvormen. De weinige bewegingen die nu aanwezig zijn, waren er trouwens ook al in mijn vorige voorstelling La Magnificenza. Ze namen slechts enkele seconden tijd in beslag. We trachten te achterhalen hoe bewegingen via een onderzoek naar ritmische composities, transformaties van eigenschappen en verschillende ruimtelijke indelingen, de constructie van een beeld en het beeld zélf, kunnen onderzoeken en onthullen. De bewegingen zijn gespannen/ontspannen, samengetrokken/uitgezet, omwikkeld/ontwikkeld. Ze involueren en evolueren. Wij tonen hoe het lichaam, dat zich in al z’n eenvoud ontvouwt doorheen de compositie, een veelheid aan lichamen en beelden wordt. De principes (of compositieregels) die op het lichaam werken zoals drukpunten, doen dat lichaam plooien en transformeren het in een ‘expressieve vorm’, die betekenis krijgt van elk individueel geheugen en zo verwordt tot een suggestieve compositie die de zintuigelijke waarneming prikkelt. De compositie suggereert zowel beelden uit de klassieke schilderkunst en de beeldhouwkunst als beelden uit de actualiteit en dagdagelijkse bewegingen. Ze onderscheiden zich van elkaar door minieme details: een verschillende eigenschap, een lichte verdraaiing, een uitgesponnen duur... We geven de suggesties niet exact weer, maar laten de beelden verschijnen zoals gebeurtenissen in de verte, waarvan sommige details zijn uitgewist. Zo wordt het geheugen van de toeschouwer in beweging gezet; het geheugen bepaalt de representatie.
Muziek
De muzikale keuzes werden gemaakt in samenwerking met pianist en dirigent Alain Franco.
De muziek is het tweede element in deze voorstelling. Ook hier zijn we vertrokken van eenvoudige compositieprincipes die gebruikt worden door verschillende componisten, en die het ons mogelijk maken verbanden tussen hen te creëren. Soms kozen zij voor eenzelfde ‘weg’ en creëerden zo analogieën tussen verschillende muziekstukken. Analogieën die wij gebruiken als brug of kruispunt om ons door de composities te bewegen. Om te kunnen werken met eigentijds materiaal maar ook omdat de notie van aggregaat en dynamiek in hun muziek overheersend is, ging onze aandacht in den beginne vooral uit naar 20e eeuwse componisten. Maar het kan best zijn dat bepaalde muzikale figuren ons meevoeren naar andere momenten uit de muziekgeschiedenis.
De keuze van de muziekstukken hebben we gemaakt tijdens het creatieproces om zo accuraat mogelijk tegemoet te komen aan de behoeftes van het project. Zo is de helderheid van de beweging van elke schriftuur zeer belangrijk. Alain Franco, muzikant én performer, voert de muziek uit op piano. De aanwezigheid van de muzikant op scène is, naast de onbetwistbare meerwaarde van de live uitvoering, ook noodzakelijk om de muzikale schriftuur te verpersoonlijken. Tegelijk draagt zijn aanwezigheid bij tot de idee van de handeling die wordt uitgevoerd in het hier en nu. We willen alle bouwstenen van het project onherroepelijk een plaats geven in het heden.
Theater
Het licht werd gecreëerd in samenwerking met lichtontwerper Hans Meijer.
Als we het hebben over eenvoudige elementen, dan hebben we het ook over het theater als representatieplek, en over de objecten eigen aan de werking van die plek (gordijnen, buizen, licht...). Het theater kan worden beschouwd en begrepen als een wereld op zich maar tegelijk, door haar functie en geschiedenis, is het dé plek bij uitstek waar allegorieën van een veelomvattende en complexe buitenwereld vorm krijgen. De ruimte zelf kan dankzij de belichting een veelheid aan impressies en gevoelens suggereren, terwijl ze in werkelijkheid niet meer is dan een hoop stenen. Het licht wordt gebruikt om de verschillende betekenislagen te onthullen die op het moment van de ‘representatie’ aanwezig zijn. Net zoals de lens van een fotoapparaat staat het licht toe de verschillende bouwstenen op scherp te stellen. Zo benadrukt een vlakke en bijna zielloze belichting de onmiddellijkheid van de representatie, evenals het feit dat wij als performers slechts onszelf, wezens in actie, representeren. De belichting toont een rauwe werkelijkheid zonder versieringen die de performance kracht bijzet.
Een andere vorm van belichting wordt gebruikt om de representatie een theatrale dimensie te geven; de ruimte wordt dan niet langer op een objectieve manier belicht. Het licht ‘karakteriseert’ of kleurt (in figuurlijke betekenis) al wat wordt getoond met als doel een ander facet te onthullen. De toeschouwer ziet hoe deze elementen worden gemanipuleerd; de illusie wordt niet gecreëerd vanuit een onzichtbaar mechanisme. Wij willen dat ‘de hand’ die de elementen in beweging zet, zichtbaar is om het beeld te kunnen tonen samen met het mechanisme waaruit het voortkomt. Het theater is uiteindelijk slechts een plek gewijd aan een spel van constructie en deconstructie. We willen een transparante compositie creëren die het mysterie opheft en de performance voor zich laat spreken.
Deze drie elementen (dans, muziek en theaterobjecten) worden dus ontwikkeld in de theaterruimte die een wereld op zich wordt. Geen enkel element wordt bevoorrecht. Maar ze verhouden zich op verschillende manieren tegenover elkaar:
De elementen worden naast elkaar geplaatst in een gemeenschappelijke context waar ze van nature deel van uitmaken: het theater. Een vreemde broederschap doet hen op elkaar lijken, ze stemmen overeen, passen zich aan of bieden weerstand. Deze nabijheid doet verbanden ontstaan tussen de dingen, het licht, de mensen en de muziek. Ze delen eenzelfde ruimte, en dus ook een gelijkenis door hun gemeenschappelijke band met die ruimte. Ze nemen deel aan dezelfde ‘beweging’, met name de voorstelling. In al deze verschillende verhoudingen kruisen de ingrediënten of bouwstenen elkaar. Ze overlappen, verwijderen zich van elkaar, leggen verbanden en verzekeren een evenwicht tussen het zintuiglijk waarneembare en het abstracte.
Het stuk is geen object dat wordt getoond, maar veeleer een ‘handeling’ waarvan de toeschouwer getuige is. Geen enkele actie of handeling wordt voor de toeschouwer verborgen gehouden; alles is zichtbaar zodat de esthetiek de blik niet overweldigt, maar haar attent maakt op de constructie en deconstructie van de bouwstenen van de voorstelling. Dit alles in de hoop dat het tonen van dit mechanisme de vrijheid van kijken, interpreteren en verbeelden stimuleert.
Maart 2010
Artistieke leiding
Etienne Guilloteau
Met
Claire Croizé, Claire Godsmark, Etienne Guilloteau, Alain Franco, Hans Meijer
Piano
Alain Franco
Lichtontwerp
Hans Meijer
Administratie
Karolien Derwael
Productieverantwoordelinjke
Katleen Gils
Presentatie
Kunstenfestivaldesarts,
La Raffinerie
Productie
Action Scénique vzw (Antwerpen)
Coproductie
Kunstenfestivaldesarts, WorkspaceBrussels (Brussel), Monty (Antwerpen)
In samenwerking met
Buda (Kortrijk), Wp Zimmer (Antwerpen), Les Brigittines (Brussel), Piano’s Maene
Met de steun van
Vlaamse Overheid, Vlaamse Gemeenschapscommissie, Buda (Kortrijk), Wp Zimmer (Antwerpen), Les Brigittines (Brussel)