07.05, 08.05, 10 — 12.05.2005

Kris Verdonck Brussel

II

performance — premiere

Kaaitheater

⧖ 1h30

Bij performance artist Kris Verdonck woont de beeldende kunst in het theater. Voor de creatie II brengt hij vijf te doorwandelen verhalen over leven en dood samen onder één dak: de Kaaitheaterstudio's. Terwijl twee installaties het idee van de Apocalyps oproepen, nemen de acteurs tijdens de performances plaats in de antichambres van het onderbewustzijn. De dramatische actie is tot een minimum herleid: de acteurs verworden tot machines en belanden in een stilleven op de grens tussen mens en object, te kijk gezet in de kille kamertjes van de Unheimlichkeit....

read more

en vijfdelige installatie/performance van Kris Verdonck

De opleidingen die Kris Verdonck (° 1974) volgde - visual arts, architectuur en theater -weerspiegelen zich in het werk dat hij maakt: we kunnen zijn creaties situeren in het grensgebied tussen beeldende kunst en theater, tussen installatie en performance, tussen dans en architectuur.

Als bevroren in de lucht blijven hangen...

Geen woorden worden in de actuele kunstpraktijk zoveel gebruikt - en ook misbruikt - als de woorden 'multidisciplinair' en 'multimediaal'. Wat Kris Verdonck in zijn werk interesseert is niet zozeer het naast elkaar plaatsen van disciplines en media als wel het aanboren van hun - vaak tegengestelde - essenties, het opzoeken van de momenten en plekken waar die tegenstellingen botsen. Als een surfer die héél even op de top van een golf blijft staan. Op dat punt waar klimmen in dalen zal omslaan. Heel even als bevroren in de lucht blijven hangen.

Eén van de basisparadoxen die Kris Verdonck in zijn werk steeds weer letterlijk 'ten tonele voert' is die tussen enerzijds de technologische representatie en reproduceerbaarheid en anderzijds de eenmaligheid van de theatrale presentatie, het hier en nu van de levende performance, het werkelijkheidsgehalte van dat wat getoond en bekeken wordt.

Het domein van de kunst is vandaag één van die gebieden in de maatschappij waar op koortsachtige wijze gezocht wordt naar een nieuwe omgang met de technologie die ons dagelijks leven in steeds hogere mate bepaalt en stuurt. In zijn werk wil Kris Verdonck de nieuwe technologieën en media niet gewoon 'gebruiken' in een theatrale context - wat vandaag maar al te vaak op een trendy wijze gebeurt -, maar hij maakt het probleem van de groeiende impact van technologie op het dagelijkse leven tot onderwerp zélf van zijn praktijk. Die impact gaat immers veel verder dan gebruikswaarde en comfort maar raakt aan de existentiële vragen van het menszijn, aan de zoektocht naar betekenis in het leven en de wereld.

Losgeslagen van het vertrouwde.

Welke relatie kan/ wil/ moet de mens met de machine, de robot, de technologie aangaan? Bij elke interactie die de mens met de machine op touw zet, levert hij een deel in van zijn controle over de situatie/ de praktijk/ de gebeurtenis. Deze vertrouwensrelatie brengt de vrije wil van de mens in het gedrang. Het zich overleveren aan de machine kent heel wat gradaties: van het niet-meer-zonder-GSM-kunnen tot de afhankelijkheid op leven en dood van iemand die aan een beademingsmachine ligt. In welke graad ook, steeds houdt deze afhankelijkheid t‧o‧v. de machine latent of zichtbaar een vorm van paniek in. Paniek als situatie waarin al het vertrouwde wegvalt, waarin men geen houvast meer heeft, waarin men niet meer weet wat er met zijn geest en /of lichaam gebeurt, waarin men overgeleverd is aan het onbekende. Dààr ligt de bron van de sfeer van 'Unheimlichkeit' die het werk van Kris Verdonck kenmerkt. Het woord 'unheimlich' - het was Freud die dit gevoel onder onze aandacht bracht - laat zich moeilijk vertalen: vreemd, onbegrijpelijk, geheimzinnig, angstwekkend, verbonden met bovennatuurlijke krachten. Letterlijk betekent un-heim-lich: wie geen huis meer heeft, wie nergens thuishoort. Wie losgeslagen is van het vertrouwde.

De relatie van de mens tot de machine werd in de loop van de geschiedenis meermaals vergeleken met zijn relatie tot God. De kern van het goddelijke is immers: de controle over alles, de almacht. De mens als onvolmaakt, onvoorspelbaar, oncontroleerbaar én sterfelijk wezen verlangt naar dat domein van het volmaakte, controleerbare, onsterfelijke. De mens verlangt naar het mechanische: hij wil de robot maken of de robot zijn om aan zijn eigen onvolmaaktheid én sterfelijkheid te ontsnappen.

De acteurs, personages van Kris Verdonck situeren zich in het oog van de storm van dat verlangen. Zij maken de overgang van mens naar machine. Het zijn bijna-cyborgs. Maar precies in dat 'bijna' zit hun tragiek. Het zijn tussenwezens, volop in transitie en lijdend onder het feit noch het ene noch het andere te zijn.

Mens=machine

"Kunnen we futuristische 'ontlichaamde' beelden werkelijk op het podium zetten? Kunnen we personages laten zien waarvan de functie wordt overgenomen door een object ? Dat zijn o‧a. vragen die Kris Verdonck zich stelt. In vroegere installaties werd deze vraag vanuit twee richtingen benaderd: de mens die machine wordt en de machine die mens wordt.

In Dancer # 1 b‧v., vertoont een slijpschijf door een overvloed aan energie die haar wordt toegediend een ongecontroleerd - en dus menselijk? - gedrag. Het ding, de staaf verwerft a‧h‧w. een ziel: ze wordt een danser die zich zelf kapot danst, een machine die sterft.

In In verblijven acteurs gedurende een uur in een aquarium; de geluiden van hun ademhaling en hun hartslag worden versterkt. Zij verkeren in de toestand van een 'verdronken' voorwerp; een soort hypnotische roes maakt zich van hen meester, een verlangen om niet meer (actief) te zijn, om zich compleet over te leveren aan de omstandigheden.

In Heart wordt een vrouw na elke 500 'slagen' die haar hart produceert (de pulsies van haar hart zijn via een uitvergrote echografie op een scherm zichtbaar) via een draad aan haar lichaam verbonden tegen een muur gesmakt. Door de spanning waarin ze verkeert is het haar uiteraard onmogelijk haar hartkloppingen te controleren: zij dient zich over te leveren aan de machine van haar eigen hart, aan het niet te voorspellen sublieme ogenblik waarop de draad een ruk krijgt en zij tegen de muur wordt gesmakt. Enz.

De personages die Kris Verdonck ten tonele voert bevinden zich in een staat van complete eenzaamheid: een volkomen isolement waardoor zij met hun hoofd alleen zijn. Er komt een gedachtestroom op gang die zich ononderbroken uitdiept. Parallel aan deze gedachtestromen gebruikt Kris Verdonck vaak tekst in zijn installaties en performances: een gegeven dat opnieuw naar een theatrale context verwijst. Meestal gaat het om teksten van eenzaam-weerbarstige auteurs zoals Samuel Beckett, Rainald Goetz of Heiner Müller.

II

In II, gecreëerd voor het KunstenFESTIVALdesArts, brengt Kris Verdonck in de studio's van het Kaaitheater vijf 'momenten of toestanden' samen: twee installaties (gebeurtenissen zonder menselijke aanwezigheid) en drie performances (gebeurtenissen mét menselijke aanwezigheid).

Box is een installatie: in een glazen kubus bevindt zich de sterkst mogelijke lichtbron die op zo'n kleine oppervlakte te concentreren valt; het project werd ontwikkeld samen met ingenieurs van Philips Lighting (Turnhout). De toeschouwers worden, voorzien van beschermende donkere brillen, in de ruimte gebracht. Terwijl ze naar het licht kijken horen zij de stem van acteur Johan Leysen die in het Duits de apocalytische teksten van Heiner Müller Verkommenes Ufer en Landschaft mit Argonauten spreekt. Het licht dat ons normaal doet zien maakt ons hier blind. Het zou de lichtflits van een atoomontploffing kunnen zijn, een onophoudelijke oogverzengende bliksem die het einde van de wereld aankondigt.

Man is een performance: een danser draagt een soort helm over zijn hoofd waardoor geen enkele visuele indruk tot hem door kan dringen. Op de helm is een kleine camera gemonteerd. Via het digitale systeem The vOICe hoort de man wel een onophoudelijke stroom van geluiden. The vOICe werd door Nederlandse ingenieurs ontworpen om blinden te laten 'zien': de visuele impulsen geregistreerd door de camera worden omgezet in auditieve gegevens. Deze auditieve gegevens moet de man ontcijferen om zich in de wereld te kunnen bewegen. Zijn 'sensory deprivation' slaat om in een 'haast verdrinken' in een te veel aan ongekende impulsen waarin hij letterlijk zijn weg moet vinden.

In Patent Human Energy ligt een vrouw als een fakir op haar rug op een bed van lange ijzeren staven; ook boven haar zijn staven aangebracht. Aan de uiteinden van de staven, daar waar ze haar lichaam raken, zijn kleine microfoontjes aangebracht. Deze registreren alle signalen (geluid, temperatuur,...) die van haar lichaam uitgaan en zetten deze om in impulsen die wij toeschouwers met onze zintuigen kunnen waarnemen. De titel Patent Human Energy verwijst naar het gelijknamige patent dat in juni 2004 gedeponeerd werd door het Amerikaanse bedrijf Microsoft. Dit patent betrof het veiligstellen van een door hen uitgewerkte methode én apparatuur om de kracht en de impulsen van het menselijke lichaam aan te wenden als een soort keyboard via het welke bepaalde toestellen - b‧v. een GSM of een polshorloge - hun energie kunnen betrekken.

Rain is een installatie: vanuit een twintigtal punten op de zoldering van de ruimte vallen op onregelmatige tijdstippen brandende druppels naar beneden. Het lijken kleine blauwe lampjes of vuurvliegjes die vallen en uitdoven. Net als Box verwijst deze regen van vuur naar het beeld van de Apocalyps waarin de wereld uit zijn voegen is en zich unheimliche verschijnselen voordoen waarop de mens geen vat meer heeft.

In Duet ten slotte hangen twee dansers aan een soort grijpkraan in de lucht. De machine beschrijft langzaam draaiende bewegingen. Door de manier waarop de man en de vrouw aan die machine vastgemaakt zijn moeten ze elkaar omarmen, steunen, helpen zoals de twee dansers in een klassieke pas de deux. Door de rotatie van de machine is de aantrekking van de twee lichamen door de zwaartekracht aan voortdurende veranderingen onderhevig. De twee mensen zijn aan elkaar én aan de machine overgeleverd om in evenwicht te blijven.

Deze vijf installaties/ performances worden opgesteld op verschillende plekken in de studio's van het Kaaitheater. De toeschouwer legt met de hulp van een gids een parcours in het gebouw af. Ook zijn/haar zintuigen worden in verwarring gebracht; zo wordt hij/zij b‧v. door een te veel aan indrukken (visuele in Box of auditieve in Man) van zijn normale capaciteiten beroofd. Soms staat hij/zij mee in het gebeuren, soms blijft hij/zij toeschouwen. In zijn 'werk' zal de toeschouwer geconfronteerd worden met de wisselende keuze tussen 'zich overgeven aan' of 'proberen te beschouwen/ te begrijpen'. Hij/ zij wordt uitgenodigd zelfstandig zijn/haar eigen referentiepunten te bepalen. In die zin beweegt II zich volkomen in de transitzone tussen theater en beeldende kunst.

Marianne Van Kerkhoven

Met:

Carl Vermeersch, Sandy Williams, Karolina Wolkowiecka, Sanne Wutzke

Dramaturgie:

Marianne Van Kerkhoven

Technische leiding:

Raphaël Rubbens

Geluidsingenieur:

Bart Aga

Constructie:

Plasma Magma

Stem:

Johan Leysen

Met dank aan:

De Warande & Philips Lighting Turnhout, Ir. Leo Mariën, Danny Vandeput

Met:

Sandy Williams

Constructie:

Raphaël Rubbens

Lichtontwerp:

Luc Schaltin

Kostuums:

Ann Weckx

Met dank aan:

Jean-Luc Ducourt

Patent Human Energy:

Met:

Karolina Wolkowiecka

Lichtontwerp:

Luc Schaltin

Kostuums:

Ann Weckx

Met dank aan:

Espeel Roeselare, Kathleen Mertens

Rain:

Constructie:

Marc Depauw

Duet:

Met:

Carl Vermeersch, Sanne Wutzke

Decorontwerp:

Raphaël Rubbens, Hans Luyten

Constructie:

Plasma Magma

Muziek:

Bart Aga

Lichtontwerp:

Luc Schaltin

Kostuums:

Ann Weckx

Met dank aan:

Hoger Instituut Dans / Hogeschool Antwerpen, Cathy Weybers

Productie:

stilllab vzw

Coproductie:

Kaaitheater (Bruxelles/Brussel), Festival La Bâtie (Genève), KunstenFESTIVALdesArts

Uitvoerend producend:

Margarita Production

Met de steun van:

Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Vlaamse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Met dank aan:

iMAL, Toneelhuis, x-med-k

Presentatie:

Kaaitheater, KunstenFESTIVALdesArts

website by lvh