06 — 08.05.2011
Toshiki Okada / chelfitsch Tokyo / Yokahama
The Sonic Life of a Giant Tortoise
theater
Japans → FR, NL | ⧖ 1h30
Sinds hij met Five Days in March (2007) in Brussel te gast was, heeft het Kunstenfestivaldesarts meer werk van Toshiki Okada gepresenteerd dat onveranderlijk en terecht op het nodige enthousiasme kon rekenen. 2011 is het jaar waarin de vertrouwens relatie nog verstevigd wordt met de voorstelling van maar liefst twee producties. The Sonic Life of a Giant Tortoise is zijn nieuwste voorstelling. Thematisch sluit deze productie nauw aan bij de vorige, We Are the Undamaged Others, die dit jaar eveneens op het programma staat. Ondanks hun liefde en hun geprivilegieerde situatie (een comfortabel leven dat beantwoordt aan de sociale verwachtingen), slaagt een echtpaar van twee veertigers er maar niet in tevreden te zijn met zijn bestaan. Ligt dat aan de beslotenheid van de Japanse maatschappij en haar terughoudendheid tegenover de buitenwereld? De reuzenschildpad uit de titel is als diersoort in zijn voortbestaan bedreigd door de beperktheid van zijn kleine biotoop... Via dit echtpaar nodigt Okada ons uit op een - niet van humor gespeende - autopsie van de hedendaagse Japanse samenleving, haar emotionele zwakten en spirituele tekortkomingen.
Gesprek met Toshiki Okada (2011)
Wat waren de uitdagingen en de werkwijzen die je ontwikkeld hebt voor The Sonic Life of a Giant Tortoise?
Over mijn vorige voorstellingen, zoals Five Days in March, werd gezegd dat ze kubistisch waren. De laatste jaren heb ik veel nagedacht over wat dan de volgende stap zou kunnen zijn, en op een dag dacht ik dat de Combine Paintings van Robert Rauschenberg wel eens het antwoord konden zijn. Ik bedacht dat als ik niet alleen verschillende standpunten zou verwerken tot een voorstelling (als dat kubistisch is), maar ook diverse materialen zou combineren, dat dit dan de volgende stap zou kunnen zijn. Maar wat betekent dat, verschillende materialen in de context van performance? Een tijd lang kon ik me hier absoluut geen beeld van vormen. Olieverf aangebracht op een vlakke canvas en opgezette dieren zijn duidelijk twee verschillende materialen, terwijl de lichamen van performers strikt genomen van hetzelfde materiaal gemaakt zijn (namelijk eiwit). Maar toen ik aan The Sonic Life of a Giant Tortoise begon, had ik het gevoel dat ik wist hoe ik dit idee in de praktijk moest omzetten. Ik bedacht dat als de verschillende acteurs niet dezelfde relatie tot het publiek zouden hebben, of het publiek niet op dezelfde manier zouden beïnvloeden, maar dat bewust elk op een andere manier zouden doen, de materialiteit van elke acteur ook anders zou zijn en een performance in Combine Paintings-stijl dus ook mogelijk zou zijn.
Meer specifiek over de tekst van deze voorstelling: wat waren de belangrijkste uitgangspunten, invloeden, thema's, ...?
Ik wou nadenken over wat het dagdagelijkse voor ons betekent. Ik heb het dagelijkse leven al vorm gegeven in mijn vorige stukken. Je zou kunnen zeggen dat ik niets anders doe. Maar ik denk niet dat ik het dagelijkse leven zelf al als thema gebruikt heb. Dit is de eerste keer. Deze voorstelling is tegelijkertijd ook het meest gebaseerd op fantasie, maar ik denk dat dit precies door dit thema komt. Al klinkt dat tegenstrijdig.
Je hebt al een indrukwekkend oeuvre opgebouwd en het Brusselse publiek heeft je parcours de laatste jaren goed kunnen volgen. Waar plaats je The Sonic Life of a Giant Tortoise in dit parcours? Hoe verhoudt het zich tot jouw andere stukken? En waarom? En, meer specifiek, wat is het verband tussen We Are the Undamaged Others en deze voorstelling?
In The Sonic Life of a Giant Tortoise experimenteer ik met de idee om iets niet rechtstreeks weer te geven op de scene maar des te duidelijker vorm te doen krijgen in het hoofd van het publiek, zoals ik dat ook deed in We Are The Undamaged Others, maar deze keer op een meer ongedwongen manier. Bovendien wilde ik de stoïcijnse houding, om alleen de taal voor het theater die ik zelf ontwikkeld heb te gebruiken, voor een keer loslaten om ook eens vrij gebruik te maken van andere vocabularia, ook geleende, bij het maken van deze voorstelling. Ik heb zelf ook een dubbel gevoel bij het resultaat. Er waren momenten waarop ik dacht dat het misschien toch beter was om voor een meer typisch chelfitsch-stuk te gaan, maar ik denk ook dat juist omdat ik me vrijer heb opgesteld, ik deze keer een meer open voorstelling heb kunnen maken. Het heel stoïcijns gemaakte We Are the Undamaged Others en het ongedwongen The Sonic Life of a Giant Tortoise vormen echt een mooi paar. Het gaat niet over welk stuk het beste is. Ik wil ook hierna nog voorstellingen maken door meerdere criteria te gebruiken en telkens heen en weer te gaan tussen deze criteria. En ik zou in de toekomst de amplitude van deze beweging steeds groter willen maken.
Wat betekent de titel van je laatste voorstelling?
Het Galapagos-syndroom was een belangrijk gespreksonderwerp in Japan de laatste jaren. Oorspronkelijk verwees deze uitdrukking naar het fenomeen waarbij Japanse elektronica aan steeds meer specifieke standaarden moet voldoen en zo gespecialiseerd wordt dat de apparaten enkel nog werken voor de Japanse markt. Maar het gebruik is ruimer geworden en de term verwijst nu ook naar het unieke van de Japanse cultuur in het algemeen. Ze is afgeleid van het specifieke ecosysteem op de Galapagoseilanden. Dus de woorden of a Giant Tortoise (‘van de reuzenschildpad') bevatten ook een verwijzing naar ‘van de Japanners'. Al ben ik er zelf niet zo zeker ben dat de Japanse cultuur zo Galapagosachtig of uniek is. De woorden Sonic Life verwijzen in zekere zin ook naar die reuzenschildpad. Er is een Japanse legende die Urashima Taro heet. Het verhaal gaat als volgt: Ooit was er een man, Urashima, die een schildpad redt van kinderen die hem mishandelden. De volgende dag kwam een reusachtige schildpad dank betuigen aan Urashima. Hij zette de man op zijn schild, nam hem mee naar het paradijs in de zee en nodigde hem uit voor een banket. Urashima heeft het er naar zijn zin, maar als hij terugkeert naar huis realiseert hij zich dat er honderden jaren voorbij gegaan zijn...
Interview door Christophe Slagmuylder
Vertaling: Sara Jansen
Tekst & regie
Toshiki Okada
Met
Taichi Yamagata, Shoko Matsumura, Riki Takeda, Tomomitsu Adachi, Yukiko Sasaki
Toneelmeester
Koro Suzuki
Licht
Tomomi Ohira
Geluid
Norimasa Ushikawa
Video
Ryohei Tomita
Decorontwerp
TORAFU ARCHITECTS (Koichi Suzuno, Shinya Kamuro)
Producent
Akane Nakamura
Productiemanager
Tamiko Ouki
Presentatie
Kunstenfestivaldesarts, La Raffinerie
Productie
chelfitsch (Tokyo)
Uitvoerende productie
precog (Tokyo)
Coproductie
Kanagawa Arts Theatre (Yokohama), ACMTheatre (Art Tower Mito) (Ibaraki), Yamaguchi Center for Arts and Media (YCAM)
Met de steun van
Agency for Cultural Affairs, Government of Japan in the fiscal 2011, The Saison Foundation
Met dank aan
Steep Slope Studio